Multimediaprincipe (Multimedia Principle)

Cursisten leren beter van woorden én grafische elementen dan alleen van woorden.

  • Woorden kunnen zowel geschreven als gesproken tekst zijn.
  • Grafische elementen zijn statische illustraties zoals tekeningen, grafieken, tabellen, kaarten of foto’s of dynamische elementen zoals animaties of video.
  • Bij de ontwikkeling van je cursus denk je na hoe woorden en grafische elementen kunnen samenwerken om zo een meerwaarde te leveren aan de cursist. Als beide niet in verband staan met elkaar, helpt het de cursist niet vooruit.

Soorten grafische elementen die nuttig kunnen zijn

  • Relationele
  • Organisatorische: diagram of matrix
  • Transformatieve: video’s of een serie aaneengeschakelde foto’s
  • Interpretatieve: animaties

Bij feiten en concepten zijn organisatorische of representatieve grafische elementen nuttig. Bij de beschrijving van een proces of een procedure kan een animatie een mooie meerwaarde leveren.

Dit principe werkt best voor cursisten met weinig voorkennis. Animaties zijn niet altijd zaligmakend. Ze kunnen het werkgeheugen van de cursist soms overbelasten.

De BEODL0001 vliegtuigjestest: tijdens een seminarie van BE-ODL getest. Een eerste groep krijgt enkel een geschreven handleiding, een tweede groep krijgt diezelfde handleiding met bijkomende uitleg van de spreker, een derde groep krijgt een video waarin de spreker toont en uitlegt hoe vliegtuigjes moeten gemaakt worden. Bij de daaropvolgende opdracht ‘maak vliegtuigjes die aan de gevraagde kwaliteitseisen voldoen’, scoort de laatste groep (met de video) duidelijk beter (respectievelijk 1,3 en 11 goedgekeurde vliegtuigjes in groep 1,2 en 3).